Aantekeningen |
- R.A. Veenendaal 27.01.1695;
Comp. Hermanus van Maersseveen en Neeltge van Huyssem, echtelieden, wonende Stichts Veenendaal, beiden gezond. Sluiten weeskamer etc. uit hun boedel.
R.A. Veenendaal 29.02.1696;
Comp. Dirck van Maarsseveen weduwnaar Aletta van Huyssum. Verklaart op 9 januari 1696 met zijn schoonzusters Aertje en Ida van Huyssum en zijn broer Hermanus van Maersseveen, gehuwd met Neeltje van Huyssum te hebben opgericht en op 14.1.1696 te hebben getekend zeker maechgescheijt nopens hetgeen hij op de nalatenschap de ouders van zijn vrouw Reijnier van Huyssum en Digna Hermansz te eisen had en dat daarbij onder andere was bedongen over zijn schoonzusters als hun eigen schuld voor hem zouden voldoen aan de heer van Eck en Wiel en Willem Lambertsz van Hardevelt voor geleverde boekweit 136 gld 12 st 8 p. Heeft tot verwondering gehoord dat Willem Lambertsz van Hardevelt niet is voldaan. Comparant wordt daarover dagelijks aangesproken en gedreigd te worden gearresteerd. Protesteert tegen moeite, kosten en schade. Verzoekt akte om aan zijn schoonzusters en broer te worden geinsinueerd. Actum ten huize van Andreas Essenius. Getuigen Jacob van Holten en Gerrit Weppelman.
R.A. Veenendaal 23.12.1729;
Hermanus van Marseveen geh. Neeltje van Huyssen verkocht aan heer Pieter Ree, koopman te Rotterdam, 6 morgen land dat het bij magescheid van 9 juli 1726 was toebedeeld liggende in 't Sant omtrent de oude molen, erfpachtig aan de heer Andreas Becker.
|